De afgelopen weken heb ik schilderles gegeven aan een groep tweede en derdejaars leden van het AKM. Wat ik wilde bereiken in het lesblok was dat de deelnemers met meer abstractie zouden gaan schilderen.

De eerste les wil ik besteden aan het werken aan schetsen van de compositie. Schetsen mogen de deelnemers doen met diverse materialen: houtskool, conté, siberisch krijt, carré-pastel, gewone pastel, oliepastel e.d. Meer abstractie houdt o.a. in dat je minder details aanbrengt, dus met grotere kwasten, met verfrollers, met paletmes, met sponsjes of met creditcards gaat werken. Wat ook kan is dat je in het werk gebruik maakt van andere materialen, zoals katoenen doekjes, ribbelkarton, touw en natuurlijk gelmediums.

Het formaat waarop we werken doet er eigenlijk minder toe. Werk je op klein formaat, dan is het goed om een serie te maken.
Uiteindelijk wil ik met de deelnemers toe willen werken naar een schilderij in acryl op groot formaat, d.w.z. 80 x 80, 90 x 90, 100 x 100 of 120 x 80. Nóg groter mag natuurlijk ook.
 
Na vijf lessen begon het kwartje te vallen. Er ontstonden schilderijen van landschappen die varieerden in de mate van abstractie.